Voorbereiding
- Weeg de roomboter van deel 2 af. Druk de boter uit tussen 2 vetvrije papier tot een vierkante plak. Leg de boter in de koelkast zodat het kan opstijven.
Bereiding
- Weeg alles nauwkeurig af. Kneedt deel 1 tot een gladde deeg. Bol het deegstuk op en laat deze circa 10 minuten rusten onder een theedoek. Haal de boter uit de koelkast en laat deze op temperatuur komen. Tip: boter moet plastisch zijn.
- Snijd een ster in het opgebolde deegstuk en vouw deze open. Rol het deeg vanuit het midden tot een vierpuntige ster uit. De punten moeten dunner zijn dan het midden. Leg de boter in het midden van de deeg. Vouw de deegpunten terug over de boter. Het is een soort envelopmodel. Rol het deeg tot een rechthoekige plak. Rol het nooit dunner dan circa 1 centimeter.
- Rol het deeg in drieën vouwen en draai het dan een kwartslag (Dit heet eerste halve Franse toer). Het deeg weer uitrollen tot een rechthoekige plak. Het deeg in drieën vouwen (tweede halve Franse toer). Het deeg heeft nu 1 Franse toer gehad. Het deeg in plastic verpakken en minimaal 30 minuten laten rusten.
- Het deeg uit de plastic halen en weer uitrollen tot een rechthoekige plak. In drieën vouwen. Deegplak draaien en weer uitrollen tot een rechthoekige plak. In drieën vouwen. Dit is een tweede Franse Toer. Het deeg in plastic verpakken en minimaal 30 minuten laten rusten.
- Het deeg uit de plastic halen en weer uitrollen tot een rechthoekige plak. In drieën vouwen. Deegplak draaien en weer uitrollen tot een rechthoekige plak. In drieën vouwen. Dit is een derde Franse Toer. Laat het deeg circa 30 minuten rusten.
Klaar voor verwerking
PRINT